Archeologie

Published on oktober 9th, 2023 | by admin

0

Archeologen als Change Agents

(Eerder verschenen op archaeologists4future.nl)

Deze blog gaat over hoe archeologen bij kunnen dragen aan het debat over klimaatverandering. Ik zie onze rol daarin als onmisbaar en misschien wel leidend, want hoewel meestal een kleine wetenschap aan de zijlijn, heeft de archeologie juist hier een paar voordelen. Daarbij gaat het me overigens vooral over het ‘hoe’ van onze bijdrage en niet, of niet alleen, over het ‘wat’.

De kerntaak van archeologen is niet (meer) het bodemarchief te behoeden voor schade, maar om perspectief te bieden op vergankelijkheid

Wie de media volgt, zal opvallen dat eco-minded politici, activisten en adviseurs de neiging hebben de lezer of luisteraar te bombarderen met indringende, harde feiten en doemscenario’s. Als ik die verleiding niet kon weerstaan, dan zou de introductie van deze blog er bijvoorbeeld zo uitzien:

“De planeet aarde kende in haar bestaan vijf eerdere golven van massa extinctie. De laatste was minder dan 66 miljoen jaar geleden en werd vermoedelijk veroorzaakt door een meteorietinslag. Als gevolg daarvan stierven de grote dinosauriërs uit, maar toch was dit in alle opzichten een kleine uitstervingsgolf. De voorlaatste massa extinctie vond 202 miljoen jaar geleden plaats en geeft voor het huidige tijdssegment een veel verontrustender beeld. Ook die extinctiegolf werd, net als nu, veroorzaakt door een mondiale klimaatverandering. In deze zogeheten Trias-Jura extinctie zou 96% van al het leven op de planeet uitsterven. Dit is een van de meest duidelijke aanwijzingen dat als we nu niets doen, ons een onbeschrijfelijke destructie te wachten staat.”

Heeft u al buikpijn?

Ik wel.

Wetenschappelijk onderbouwde betogen over de noodzaak van klimaattransitie beginnen vaak met een variant op het bovenstaande. Of het nu geo-paleontologisch onderzoek is dat wordt geciteerd, het laatste IPCC rapport, of econometrist Gaya Herrington die recent de voorspellingen van de Club van Rome herbevestigde, je wordt er mee om de oren geslagen om je te doordringen van het onvermijdelijke, je te raken met de werkelijkheid. Dat lijkt logisch, want de ‘feiten spreken voor zich’…zeggen we dan. Het is ook waar dat een disruptieve transitie waarschijnlijk gaat plaatsvinden als we niets doen. Maar als we in plaats daarvan voor een geleidelijke, gecoördineerde transitie kiezen, is het de vraag of het gooien met ‘feiten’ effectief is om tot verandering te komen.

Being Ecological

De Britse schrijver en klimaatfilosoof Timothy Morton is er in zijn boek ‘Being Ecological’ uitgesproken kritisch over. ‘Datadumping’ noemt hij het, die neiging het heden en de toekomst te presenteren als een niet-onderhandelbare schokkende zekerheid, waarmee we onszelf continu overgieten. Belangrijk is dat het bij datadumping niet de feiten zelf zijn die problematisch zijn, maar de manier waarop we ons tot die feiten verhouden. In de woorden van Morton zijn klimaatfeiten vaak geen feiten, maar ‘factoids’, feiten die we door een gekleurde bril zien en die als onweerlegbaar worden gepresenteerd.

Aan die schijnbare onweerlegbaarheid zitten een boel nadelen. Op de eerste plaats werkt het verwarrend en afstotend. Het data-bombardement presenteert de klimaatcrisis als een overweldigend probleem waar je je als toehoorder eigenlijk niet toe kunt verhouden. Het is te groot, te verstorend, het maakt machteloos, want “alles gaat stuk”. De datadump is dwingend, het eist dat we mondiale opwarming maar op één manier beschouwen en doe je dat anders, dan zit je fout. Die retorische dwang geeft ook ruimte tot ontkenning van het klimaatprobleem. Feiten zijn immers nooit gewoon feiten, weten we. Er is altijd die 10%, 5% of 2% kans dat het anders zit en doen alsof die onzekerheid niet bestaat, geeft de ontkenners een stok om mee te slaan. Het verkiezingsprogramma van FvD is daar een treffend voorbeeld van.

Datadump werkt niet. We weten al sinds de jaren 70 wat er moet gebeuren en toch lijken we nu pas te beginnen. Volgens Morton moet er iets zijn, waardoor we onszelf steeds weer blijven blootstellen aan alarmisme zonder echt tot handelen over te gaan. Wat is de winst daarvan? Morton vergelijkt, gebaseerd op het werk van Freud, de datadump met de PTSS-droom van een traumaslachtoffer: de PTSS-droom verloopt altijd min of meer hetzelfde, begint ergens vlak voor het moment dat in het echte leven traumatisch was – een geweldsdelict, een bermbom – en stopt dan net voor het kritieke moment. De getraumatiseerde schrikt badend in het zweet wakker, komt langzaam tot haar positieven, maar bij inslapen begint de droom gewoon weer opnieuw , dag na dag, jaar na jaar, soms de rest van het leven.

Kenmerkend van deze dromen is dat ze je steeds terugbrengen naar het moment waarop je nog had kunnen handelen: het moment dat je iemand op je af ziet komen, of nog in het voertuig in Afghanistan zit en je onderbuik begint te kriebelen dat er ‘iets niet klopt’. Morton noemt dit naar Freud het moment van anticipatory fear: er is nog geen verschrikking, er is nog perspectief. Tot anders handelen komt het in de droom echter nooit. Op precies dezelfde manier duidt Morton de steeds herhaalde klimaat-datadump, die ons psychologisch steeds in een anticiperende houding brengt en doet geloven dat er nog tijd is, dat het tien voor twaalf is, twee voor twaalf, nog 30 seconden…en dus blijft actie uit.

Een remedie voor de klimatologische PTSS-droom

Wat is de remedie? Volgens Morton een meer geïntegreerde menselijke benadering, die handelend vermogen teruggeeft. De feiten zijn nodig om het probleem te onderkennen, maar om te handelen is een perspectief nodig dat ons leert ons tot de werkelijkheid te verhouden. Dat is een ander gesprek. Juist daar kan een archeoloog bemiddelen. Wij weten immers als geen ander dat er altijd keuzes gemaakt worden om het verhaal van het verleden te vertellen, dat feiten niet het verhaal zijn: er is altijd een urgentie, een veronderstelling, een doelgroep, of een actualiteit die enerzijds de aanleiding zijn voor het verzamelen van feiten (want verzamelen gebeurt nooit willekeurig) en anderzijds sturen hoe we onze data gebruiken in ons narratief. Het verhaal dat gepubliceerd wordt, is het verhaal dat relevant is in het heden. 

Wij kunnen dus meepraten over het klimaat vanuit ons overzicht op de geschiedenis van mensheid. Ons bestaan van de mens was altijd al intrinsiek verbonden met de biosfeer en veranderingen in het klimaat. Met beiden zijn we onlosmakelijk verbonden, of anders gezegd, onze geschiedenis is de geschiedenis van de biosfeer. Het antropoceen begon niet abrupt op 16 juli 1945, maar kende een aanloop van minstens 12.000 jaar en mogelijk veel langer. Het archeologisch perspectief op de lange termijn, plaatst onze problemen van nu in een evolutionair perspectief dat ons een meer bescheiden plek geeft in het ecosysteem, een plek die we door de bank genomen dachten te hebben verlaten. In werkelijkheid stond cultuur nooit boven natuur: dat hebben we maar bedacht om onze – naar nu blijkt – destructieve keuzes te verantwoorden (zie Albrecht, Gosh en Blom bij bronnen hieronder).

Een andere rol voor archeologen

Alles mooi gezegd, maar is dit archeologische narratief dan niet gewoon de volgende datadump die we over onszelf uitstorten? Toch niet, want het doel is niet om feiten aan te dragen, maar om ons op een andere manier te laten reflecteren op die feiten en op ons bestaan. Daarmee verandert de aard van het debat over klimaat volledig. Tenminste, als we ons hierop toeleggen, want als we blijven hameren op ‘behoud van kwetsbaar intrinsiek erfgoed’ of vasthouden aan de romantiek van oude beschavingen, freaken op zwaarden en bijlen, Kelten, Vikingen of de ‘glorie’ van het Romeinse rijk, dan zetten we alleen de koloniale fascinaties voort. Wie daarentegen archeologisch uitzoomt ziet hoe de mens afhankelijk is van haar relatie met haar leefomgeving en van andere soorten – al is het ‘maar’ dat we zonder darmflora niet eens kunnen leven – “How much of Tim is really Tim?” vraagt Tim Morton dan.

Op de lange termijn haalt geen enkele ‘cultuur’ de eindstreep, weten archeologen. Elk facet van de menselijke geschiedenis heeft een aandeel in de wereld zoals die nu is. Het verleden is daarmee nooit iets van vroeger, maar iets van nu. Deze reflectie op de complexiteit van het bestaan noopt tot enorme bescheidenheid en mededogen, waarmee het debat over klimaat ook intrinsiek verandert.

“When was it ever not true that humanity will one day go extinct?”

When was it ever not true that humanity will one day go extinct?“, vraagt Morton in een podcast (zie bronnen). Het lijkt defaitistisch, maar het tegendeel is waar. Het raakt de kern van wat we als mens altijd zijn geweest: passanten, complex verbonden met een biosfeer waaruit we niet kunnen ontsnappen. Ook niet naar Mars, zoals sommige naïevelingen nu lijken te beweren: als ik op Mars wil kunnen leven, schep ik daar eerst een kopie van de aarde en waarschijnlijk een verdraaid slechte.

Klimaatverandering geeft aanleiding tot de omkering van het debat over behoud dat de monumentenzorg nu domineert. De kerntaak van archeologen is niet (meer) het bodemarchief te behoeden voor schade, maar om perspectief te bieden in de omgang met vergankelijkheid. In dat besef ontstaat het handelingsperspectief dat anticipatory fear niet kan bieden. 

Zo worden we als archeologen agents of change, een factor van belang in de klimaatadaptatie. Het is, en was altijd al een wonder dat we er zijn hier op aarde. Als er nou iets is dat betrokkenheid of zorg voor de planeet aanwakkert, dan is het wel verwondering. Laten we dus snel aan het werk gaan.

**reageren op deze blog? Zeer welkom, zie het reactie formulier hieronder**


Bronnen:

Timothy Morton 2018. ‘Being Ecological’ Pinguin U.K.

Podcast ‘The London Book Review’ on ‘Being Ecological’ by T. Morton: https://open.spotify.com/episode/508h2Le4KP8UODISO0EvUJ

De hier gebruikte bronnen over hoe ontwikkeling van de landbouw wordt gezien als het startpunt van de ideologie die natuur scheidde van cultuur zijn Glenn Albrecht ‘Earth Emotions’ (2019); Amitav Gosh ‘The Nutmegs Curse’(2022) en Phillipp Blom ‘De Onderwerping’(2023)

Artikel over het werk van Gaya Herrington in the Guardian: https://www.theguardian.com/environment/2021/jul/25/gaya-herrington-mit-study-the-limits-to-growth

De term ‘agents of change’ heb ik overgenomen uit recente uitingen van Scientists4Future


About the Author



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to Top ↑
  • Missie

    Erfgoed als bron van inspiratie en archeologie als een wetenschap die niet langs de kant van de weg blijft toekijken bij de problemen in de wereld, maar bijdraagt aan verbinding... Meer weten over mijn visie en missie? Lees dan hier verder.

  • Testimonial

    "Ik heb Jobbe leren kennen als bij uitstek een creatieve vernieuwer in de archeologie van de Tweede Wereldoorlog. Ook op andere onderwerpen is Jobbe bij RAAP steeds grensverleggend bezig geweest. Ik heb Jobbe verder meegemaakt als een zeer gedreven medewerker, die het vooral belangrijk vindt dat zijn werk in er toe doet."

    Marten Verbruggen, directeur RAAP Archeologisch Adviesbureau.

  • © Jobbe Wijnen